Zijspanrijden


  Gerimpeld, kaal en zonder tanden begint de mens zijn aardse bestaan en gerimpeld, kaal en als het

  tegen zit ook tandeloos nemen velen er weer afscheid van.

  Zo gaat dat, eerst bergop, dan een glorietijd en vervolgens weer bergaf.

  Terug naar het uitgangspunt, dat is de wet.

  Er is maar één ding dat zich aan deze wet onttrekt en dat is onze communicatie; als mensenkind bral je,

  als volwassene bral je en als oudere bral je nog!

  Analoog aan het naakte bestaan van de mens ontwikkelt zich ook het mobiele leven ener motorrijder/ster.

  Hij/zij begint op een driewieler, als 'ie "het" kan verplaats hij zich evenwichtig op twee wielen.

  Later wordt dat een gemotoriseerde tweewieler en als de haren beginnen te verdwijnen, de rimpels

  opkomen en het gebit ook al een steekje laat vallen dan is het weer tijd voor een driewieler !

 

  Deze driewieler dus, is het teken van de oude dag ? Getuigenis van aftakeling ? Opa kan niet meer solo ?

  Dus niet ! Een andere wereld, dat wel! Een unieke ervaring en veel, héél veel Fun (met hoofdletter).

  Is er dan toch nog leven na(ast) de solo ?

  Nou.... reken maar! En niet zomaar leven, zeg maar gerust tweede jeugd.

  En volgens mij, eeuwige jeugd.


  Voor mij begon die toen ik besloot mijn jap weg te doen en weer MZ te gaan rijden.

  Omdat ik veel minder motorkilometers voor de baas zou maken was er voor de viertakt V-twin met cardan

  geen excuus meer en dus wilde ik onmiddellijk weer pruttelen.

  De jap kon ik ruilen voor een MZ 300 cc met scherm en koffers enzo, maar wel solo...

  óf voor een kale 251 met zijspan...

  Uiteraard ging mijn sympathie uit naar kaal....

Bovendien wilde ik altijd al graag zijspan rijden, en zo'n transaktie met gesloten beurs was wel dé

  gelegenheid (begreep ook MZ importeur Nico v.d. K te H !).


  Omdat ik al van teveel "overmoed ervaringen" had horen getuigen besloot ik, slim als ik ben, om mij niet

  onvoorbereid op pad te begeven met het driepotige monster.

  Dus belde ik een nabij wonend clublid met zijspan en peilde voorzichtig of hij eventueel, als het niet

  ongelegen kwam en het niet te veel moeite was, bereid zou zijn om mij wat eh.. tips eh... mogelijk ook

  eens demonstreren...eh... wellicht... Ik had Guus gebeld en die liet mij zelfs niet uitspreken.

  "Natuurlijk, prachtig, leuk, wanneer kan je? Nu meteen... straks... zeker heb ik tijd... en dan laat ik

  je zien.... en dan vertel ik je... en dan kun je zelf... en dan probeer je ook ...".

  Zijn enthousiasme begreep ik toen nog niet, maar dat zou later wel anders worden.

  In ieder geval had hij in die oefen-ochtend op het parkeerterrein zeker zoveel plezier als ik.

  En of ik ook wat geleerd heb ?

  Die eerste kennis-making onder begeleiding van zo'n bezield leermeester heeft mij zeker weten

  voor rampen behoed.


  Een week later stond de MZ ETZ 251e met zijspan gereed in Hilversum.

  Het leven vangt aan! De nieuwe Huib is geboren, een zijspan-piloot is opgestaan.

  Luctor et transpira carotti; ik worstel en... zweet peentjes.

  Er blijkt namelijk een gigantische afgrond te liggen tussen "ik heb het ding" en "ik heb het ding thuis"!

  Laatste zéér waardevolle tip voor de thuisreis kreeg ik van Nico v.d K te H. mee;

  "mocht het niet gaan zoals jij wilt, dan onmiddellijk STOPPEN.

  Nóóit proberen rijdende te corrigeren, het reageert altijd anders dan jij verwacht".

  En dát is mij onderweg in drie of vier gevallen inderdaad van pas gekomen.


  Oké op weg naar huis dan, Koningsstraat uit, links af, dan recht door.

  Alles in zijn één, ietwat krampachtig sturen nog, maar 't lukt.

  Uitkijken, niet te hard! "In de stad, is 15 zat" is mijn devies.

  Goh.. wat staan al die mensen mij toch onnozel aan te gapen.

  En dan al die wegpiraten die mij wild gebarend en toeterend links en rechts om de oren vliegen.

  Zeker nog nooit een zijspankombie gezien. Nou, zullen ze dan wel flink van onder de indruk zijn... !


  Verderop even opletten, tijdig stoppen voor die voorrangsweg.

  Vast maar wat bijremmen... Bijremmen zei ik.

  Weinig reactie... komt zeker door het hoge gewicht met dat span, dan maar voluit knijpen...

  Geluk is met de domme...

  Ten eerste geen tegenliggers want éénrichtingstraat, ten tweede, daar waar de combi linksaf het trottoir

  op dendert was net een verlaagde stoeprand wegens inrit.....!

  Schuw om mij heen kijkend stap ik van de MZ af.

  Het lukt mij maar matig om de zelfverzekerdheid ten toon te spreiden die moet camoufleren dat dat ding

  daar zelfstandig en geheel buiten mij om is terechtgekomen.

  Met trillende benen rommel ik wat in het bagagebakje alsof dat de reden was dat ik daar geparkeerd sta.

  Geschokt realiseer ik mij dat voor het eerst in mijn leven ik niet de motor reed, maar de motor mij!.

  Een zijspankombie was een fenomeen om respekt voor te hebben, dat was duidelijk.

  Dit besef, noem het les één, openbaarde zich al zo,n 700 meter na vertrek.


  In gedachten oefen ik nog wat theorie voordat ik weer op weg ga. Hoe zat 't ook al weer?

   - bij gas geven trekt 'ie naar rechts,

   - bij gas afsluiten en remmen trekt 'ie naar links,

   - tenzij je ook met het zijspanwiel remt want dan gaat 'ie redelijk rechtuit.

  Verder bij bochten in de gaten houden dat als je te snel rechtsaf gaat, het zijspan door de middel-

  puntvliegende kracht, omhoog wil komen.

  Omgekeerd vertoont de neus van het zijspan de neiging zich in de grond te boren als je snel linksaf gaat.

  De laatste overdenking bracht mij tot de slotsom dat als je met een zijspan niet wilt afgaan, je niet te snel

  moet af gaan (links- of rechtsaf dus).

  Hilversum-zuid door was inmiddels gelukt, schadevrij zelfs, nu binnendoor naar Utrecht.

  De vooruitgang is merkbaar.

  Ik voel mij al zo thuis op mijn nieuwe aanwinst dat ik hem op de buitenweg al ras in zijn tweede

  versnelling schop. Zo... wie is hier nu de baas...!


  Slingerend en schokkend beweeg ik mij op de hobbelige weg - met aflopende wegkanten - voort.

  Het is wel even wennen, dat iedere oneffenheid in de weg resulteert in een verandering van richting van

  het voertuig.

  Natuurlijk worden de zijdelingse uitstapjes van het zich min of meer bij toeval richting Utrecht

  verplaatsende vehikel minder, naarmate de bestuurder het voorwiel minder de gelegenheid geeft te

  reageren op de wegomstandigheden.

  Dat is eenvoudiger gezegd dan gedaan, trouwens....

  Uit een aangeboren drang tot overleven, ook wel lafheid genoemd, laat je het op een solomotor

  wel uit je bolle hoofd om aan je stuur te gaan rukken. Daarom moet je dus wel even over een psychisch

  drempeltje heen als blijkt dat dát nou juist de manier is waarop je een motor met zijspan tot volgzaamheid

  dwingt. Dit dus in kombinatie met de al genoemde reacties op gasgeven en gasafsluiten c.q. remmen.

  Als je aldus leert de natuurlijke neigingen van de kombie te gebruiken, en je in de gaten krijgt hoe dat werkt

  en vooral voelt, dan begint ook een eerste besef van de veel genoemde Fun door te schemeren;

  Les twéé !


  En dat alles binnen vijf kilometer na vertrek.... Dat gaat goed zo.

  Misschien wel een geluk dat het wegdek ongelijk is, dan word ik meteen in het diepe geworpen. 

  Uiteraard pas ik wel mijn snelheid aan dergelijke barre omstandigheden aan, maar ach ik heb geen haast.

  Ik heb de hele zaterdag om de motor thuis te krijgen en eventueel nog de zondag.

  Het is tenslotte wel 50 km van Hilversum naar Geldermalsen.

  Wel valt het mij nu eigenlijk pas op hoe roekeloos de gemiddelde Nederlander zich in het verkeer

  gedraagt.

  Welke ongelooflijke toeren zij niet uithalen om vooral toch maar hun superioriteit tegenover een

  motorrijdertje met zijspan te bewijzen.

  Auto's, lijnbussen, fietsers, steppende kinderen, moeders met kinderwagens, opa's in rolstoelen, alles en

  iedereen moet mij hier blijkbaar zo nodig voorbij...

  Wandelvereniging "de platvoet" kan het dan ook iet laten om snerende opmerkingen te maken als die mij

  inhaalt. Ik hoor iets van "fietspad" en "trappers" en "rookverbod". 

  Wandelvereniging ?... Snelheidsmaniakken zijn het !

  Maar gelukkig kan ik daar boven staan. Ik.... rijd zijspan!


  Al rijdende overweldigt het gevoel mij er weer bij te horen, weer MZ-rijder onder MZ-rijders/sters te zijn.

  Nooit meer op treffens aankomen en dan de laatste meters de motor uitzetten, helmvizier open en keihard

  rrreng... dengg... dengg... roepen.

  Nooit meer de merkschildjes op de tank van de jap vervangen door het eigengemaakte MZ-embleem.

  Iedereen recht in de ogen kunnen zien.

  Een naam zou ik mijn nieuwe makker moeten geven.

  Een naam, om uitdrukking te geven aan mijn blijdschap met de MZ, die dit allemaal maar mogelijk maakt.

  Vanwege zijn, wat eigen-gevormde, tank die mij aan een bochel doet denken, lijkt mij Quasimodo, naar de

  gebochelde van de Notre Dame, meer dan gepast.

  Natuurlijk wordt dat door superzeikerds op fietsen met meer potentie dan de gefrustreerde berijder zelf,

  omgedoopt tot kwasi-moto. 

  Maar ja... moeten wij ons dan wat aantrekken van de uitlatingen van barbaren?


  Inmiddels nadert Utrecht.

  Met al beduidend meer gevoel voor het span en dus minder gevaar voor mijn medeweggebruikers laveer

  ik mijn trots de stad door. Nou ja, de buitenwijken dan, want het centrum mijd ik nog maar even.

  De thuisreis wordt waarachtig nog diezelfde zaterdag volbracht.

  En na Utrecht heb ik het zelfs nog een versnellinkje hogerop gezocht... jawel!


  Hoewel van mening dat ik een ietsie pietsie heb leren zijspanrijden die dag, besefte ik toch wel dat ik de

  echte vaardigheid pas in de komende maanden zal opdoen.

  En dat is niet alles, de volgende dag reeds moest ik ontdekken dat er spieren in rug en schouders blijken

  te vertoeven waarvan je het bestaan nooit vermoedde. Na die overbelasting en het krampachtige sturen

  vonden die het nodig even op pijnlijke wijze van hun aanwezigheid blijk te geven.

  Maar ja, je rijdt zijspan of je rijdt geen zijspan!


  Inmiddels is dat ruim 17 jaar geleden en heb ik flink wat ervaring mogen opdoen.

  En was het in het begin van levensbelang om alle 3 de wielen aan de grond te houden, later wordt het een

  uitdaging je zo veel mogelijk met het zijspanwiel in de lucht voort te bewegen (hoezo puber ?)

  Intussen kom je jezelf trouwens nog wel een (paar) keer tegen.

  Na een paar maanden begin je, in je overmoed, jezelf wijs te maken dat je kan rijden.

  Dát nu is funest, want gegarandeerd komt dan "een rechterbocht te ver".

  Mij overkwam dat toen na zo'n 3000 km, een arrogant "kijk mij eens relaxed de driewieler beheersen"

  gevoel zich op de plaats van mijn eigenlijk meer dan gezonde verstand nestelde.

  Veel te hard die rechterbocht in, en volkomen fout gereageerd natuurlijk, sloeg ik gelukkig niet om maar

  schoof met drie blokkerende wielen de bocht uit.

  En weer was het geluk met de domme toen de inrit van een boerderij, en vooral véél zand op de weg,

  vrijuit schuiven mogelijk maakte.

  Later heb ik nog wat kleine "rechterbocht schrikjes" gekend, maar gelukkig nooit echt rampzalige...

  Het is dus zaak je bij het zijspan rijden goed te blijven concentreren; Les nummer drie !


  Aanvankelijk dacht ik met de MZ zo’n 5000 km per jaar af te leggen, maar dat was een jaar later al 18000 !

  Ook dacht ik de MZ vooral solo te gebruiken en alleen voor speciale gelegenheden (treffens enzo) het

  zijspan aan te koppelen. Maar zo werkt dat niet als je met het zijspan-virus bent besmet.

  De bak bleef er dus meestal aan zitten, en ik werd een dwangmatige zijspanpiloot. Het rijden over

  binnenwegen nam ik hierbij op de koop toe hoewel, binnenwegen zijn eigenlijk nog meer fun.

  Als ik dan een keer solo wilde, mocht ik de Honda van mijn vrouw wel lenen.

  Lief mens, alleen tja.. een Honda !

  Het duurde dan ook niet lang of ik had nog een ETZ 250 op de kop getikt... voor het solo-werk!


  Val maar niet om, zeggen sommige grapjurken smalend als ze je zijspan zien.

  Ze denken in hun onnozelheid dat dat onmogeljk is omdat je drie wielen hebt.

  Met een combi ga je echter eerder op je rug dan met een solofiets, als je niet uitkijkt.

  Er komt dan ook behoorlijk wat bij kijken om een span te besturen en zeker om hem voluit te benutten.

  Het is dus zeker geen apparaat dat alleen maar dient om "op je oude dag" als je niet meer solo kan

  "lekker rustig aan" te doen. Integendeel !   

  Er is niks lekkerder - met kleren aan dan - dan boenderen met zo’n driepoot ! 

  Maar ja, weten die evenwichtskunstenaars veel.....


  Huib.

   

   - Voor het MZ-club clubblad de Pruttelpot -